Waarderingsregels voor de omzetting van het vruchtgebruik

Waarderingsregels voor de omzetting van het vruchtgebruik

De nieuwe regeling voert concrete en dwingende regels in voor de waardering van het vruchtgebruik in geval van omzetting van het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot.

De nieuwe regeling voert concrete en dwingende regels in voor de waardering van het vruchtgebruik in geval van omzetting van het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot.

1. Het omzettingsrecht: wat en wanneer?

Het Belgisch wettelijk erfrecht kent aan de langstlevende echtgenoot een recht van vruchtgebruik toe (art. 745bis § 1 BW). Het recht van vruchtgebruik slaat op de gehele nalatenschap indien er afstammelingen zijn en op het eigen vermogen indien er andere erfgerechtigden zijn.1 De andere erfgenamen erven dan de blote eigendom.

In bepaalde gevallen wenst men niet in die gedwongen vruchtgebruik-blote eigendom- relatie te blijven. Vaak - maar niet alleen - in het geval van een tweede huwelijk, waarbij de blote eigenaars niet de afstammelingen zijn van de langstlevende echtgenoot/ vruchtgebruiker. De wetgever biedt daarom in bepaalde gevallen de mogelijkheid om de omzetting van het vruchtgebruik te vragen. De omzetting kan gebeuren in volle eigendom, in een geldsom of in een gewaarborgde en geïndexeerde rente.

Bij de eerste twee wijzen van omzetting stelt zich de vraag naar de waardering van het vruchtgebruik. Welk kapitaal krijgt de vruchtgebruik (geldsom) of wat is de waarde van de goederen die hij krijgt?

2. Oude regeling

Tot voor kort bepaalde het Burgerlijk Wetboek dat het vruchtgebruik moest worden berekend volgens de waarde op dag van de omzetting, rekening houdend met een aantal criteria (vb. waarde en opbrengst van de goederen en de vermoedelijke levensduur van de vruchtgebruiker). Deze criteria waren echter ruim beschreven en voor velerlei interpretatie vatbaar, en leidden voor de partijen tot rechtsonzekerheid. Indien partijen het onderling eens waren over de waardering van het vruchtgebruik, was er geen probleem. Men kan zich inbeelden dat het niet altijd evident is om een overeenkomst te vinden over het principe van de omzetting, laat staan over de waardering ervan. De rechtbank moest dan uitspraak doen. Bij gebrek aan duidelijke en dwingende wettelijke regels, wist men echter nooit vooraf welke waarde de rechter aan het vruchtgebruik zou toebedelen. Ook voor de rechter was dit geen evidente zaak. In de praktijk werd vaak een beroep gedaan op de sterftetabellen uit het Wetboek Successierechten, op de tabellen Ledoux of op een andere (niet-wettelijke) berekeningsformule.

3. Wat verandert er?

De wet van 22 mei 2014 (BS 13 juni 2014) brengt daar verandering in en voert concrete en dwingende regels in voor de waardering van het vruchtgebruik in geval van omzetting van het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot. De regels zijn ook van toepassing bij een verkoop van het met vruchtgebruik bezwaarde goed waarbij vervolgens de verkoopprijs moet worden verdeeld tussen de vruchtgebruiker en de blote eigenaar. Het uitgangspunt van de nieuwe wet is dat de waarde van het vruchtgebruik en de blote eigendom samen de waarde van de volle eigendom is.

Volgens de nieuwe regels gebeurt de waardering van het vruchtgebruik op basis van:

  • de leeftijd van de vruchtgebruiker (op datum van de indiening van het verzoekschrift tot omzetting van het vruchtgebruik);
  • twee omzettingstabellen (één voor mannen en één voor vrouwen);
  • en de verkoopwaarde van de goederen (op datum van de indiening van het verzoekschrift tot omzetting van het vruchtgebruik).

Elke omzettingstabel zal de leeftijd van de vruchtgebruiker vermelden, zijn levensverwachting met de overeenstemmende rentevoet, en de waarde van het vruchtgebruik, uitgedrukt als een percentage dat moet worden toegepast op de verkoopwaarde van de goederen. De omzettingstabellen worden jaarlijks op 1 juli geactualiseerd.

Het is van belang op te merken dat deze nieuwe wettelijke bepalingen aanvullend zijn. Men is in principe nog steeds vrij om zelf de waarde van het vruchtgebruik te bepalen. Enkel bij gebrek aan akkoord en dus wanneer de zaak voor de rechtbank komt, zal de rechter de nieuwe waarderingsregels toepassen.

4. Ook in fiscale zaken?

De nieuwe regels zijn niet van toepassing voor fiscale doeleinden, zoals bijvoorbeeld voor een aangifte van nalatenschap. Daarbij gelden nog steeds de (overigens erg verouderde) regels van het Wetboek van Successierechten.

5. Inwerkingtreding

De nieuwe wet treedt in werking tien dagen na de bekendmaking van de nieuwe omzettingstabellen in het Belgisch Staatsblad. Deze zijn gepubliceerd op 15 januari 2015.

Cazimir Advocaten,
21 januari 2015.



Terug naar overzicht