Op vrijdag 14 oktober 2016 werd een voorstel van minister van Financiën en Begroting Bart Tommelein door de Vlaamse Ministerraad goedgekeurd die definitief een eind maakt aan de onzekerheid ter zake de dubbele belasting bij de verzekeringsgift. Er komt nu een derde mogelijkheid om te ontsnappen aan erfbelasting op een verzekeringsgift.
Op vrijdag 14 oktober 2016 werd een voorstel van minister van Financiën en Begroting Bart Tommelein door de Vlaamse Ministerraad goedgekeurd die definitief een eind maakt aan de onzekerheid ter zake de dubbele belasting bij de verzekeringsgift. Er komt nu een derde mogelijkheid om te ontsnappen aan erfbelasting op een verzekeringsgift.
Wij hebben in eerdere artikels geschreven over het standpunt van de Vlaamse belastingdienst (VLABEL) met betrekking tot de zogenaamde verzekeringsgift. Het is intussen wel bekend dat deze ‘verzekeringsgift’ in het verleden werd geadviseerd als efficiënte techniek van successieplanning.
Nemen we het voorbeeld van een klassieke AAB-polis (vader is verzekeringnemer en verzekerde (A) en zijn zoon is begunstigde (B)). De uitkering bij het overlijden van de verzekerde (vader) aan de begunstigde (zoon) wordt belast met erfbelasting. Het gaat immers om een ‘kosteloos beding ten behoeve van een derde’ dat wordt belast onder artikel 2.7.1.0.6 VCF (het ‘oude’ artikel 8 Vl.W.Succ.).
Door het schenken van alle rechten van de verzekeringnemer door de vader aan de zoon (de zogenaamde verzekeringsgift) vermeed men de toepassing van artikel 2.7.1.0.6 VCF aangezien er door deze schenking geen sprake meer was van een ‘beding ten behoeve van een derde’ maar wel een ‘beding ten behoeve van zichzelf’.
Immers is de AAB- polis door de gift een BAB- polis geworden. Zoon wordt dus de nieuwe verzekeringnemer maar vader blijft wel het verzekerd hoofd zodat er pas een uitkering is bij diens overlijden. Deze uitkering was niet aan erfbelasting onderworpen omdat aan de toepassingsvoorwaarde van artikel 2.7.1.0.6 VCF niet was voldaan .
In een standpunt van 12 oktober 2015 oordeelde VLABEL dat een verzekeringsgift geregistreerd kan worden en dat de roerende schenkbelasting geheven zal worden op de afkoopwaarde van de polis op het ogenblik van de schenking. Maar, indien er nadien een uitbetaling plaatsvindt aan de door de oorspronkelijke verzekeringnemer aangeduide, dan valt deze uitkering wel degelijk onder de toepassing van het fictieve legaat en wordt ze belast op grond van artikel 2.7.1.0.6 VCF. Ook als er reeds schenkbelasting was betaald op de verzekeringsgift.
Dit standpunt kwam dus neer op het heffen van een dubbele heffing, met name schenkbelasting en de erfbelasting.
Het standpunt van VLABEL gaf terecht heel wat aanleiding tot kritiek in de rechtsleer, voornamelijk omdat het van toepassing was op elk overlijden vanaf 1 maart 2016 en daarmee dus ook oude verzekeringsgiften viseerde.
Assuralia, de vereniging van verzekeringsondernemingen, stapte midden maart 2016 zelfs naar de Raad van State om het standpunt van VLABEL te laten vernietigen. De uitspraak van de Raad van State wordt pas volgend jaar verwacht.
In afwachting van deze uitspraak werd door de praktijk tal van oplossingen om alsnog erfbelasting te vermijden naar voor geschoven en afgetoetst bij VLABEL. VLABEL gaf zelf twee mogelijkheden om te ontsnappen aan de erfbelasting.
De eerste oplossing bestaat uit de afkoop van het verzekeringscontract, hetgeen in de praktijk in heel wat gevallen gebeurde.
Ten tweede kan de erfbelasting worden vermeden door de wijziging van de begunstigde. De nieuw aangewezen begunstigde mag evenwel niet dezelfde zijn als degene die werd aangewezen door de oorspronkelijke verzekeringnemer, omdat dit fiscaal misbruik uitmaakt.
Ook gingen stemmen op om via een wetgevend ingrijpen een eind te maken aan de door VLABEL gecreëerde onzekerheid.
Op vrijdag 14 oktober 2016 werd een voorstel van minister van Financiën en Begroting Bart Tommelein door de Vlaamse Ministerraad goedgekeurd die definitief een eind maakt aan de onzekerheid ter zake de dubbele belasting bij de verzekeringsgift.
Door dit wetgevend ingrijpen zal het bedrag waarop iemand reeds schenkbelasting betaalde, afgetrokken worden van het bedrag waarop hij/zij erfbelasting moet betalen.
Daarmee wordt nu dus een derde mogelijkheid gecreëerd om te ontsnappen aan erfbelasting. Ook schenkingen die gebeurden voor een Nederlandse notaris kunnen nog worden geregistreerd in België teneinde de dubbele heffing te vermijden.
Er dient in dat geval enkel nog erfbelasting te worden betaald op het verschil tussen de uitkering bij overlijden en de waarde van de polis op het ogenblik dat deze geschonken werd.
Het decreet daaromtrent zal wellicht begin 2017 in werking treden. Door dit wetgevend ingrijpen wordt een dubbele belasting dus finaal vermeden.