De fiscale administratie heeft onlangs een nieuwe circulaire gepubliceerd waarin het begrip ‘huurwaarde’ voor niet verhuurde onroerende goederen die in het buitenland zijn gelegen verder wordt uitgewerkt. Minister van Financiën Johan Van Overtveldt heeft onlangs in de Kamer bijkomende uitleg gegeven bij de belasting van huurinkomsten uit buitenlands vastgoed. U leest er meer over op onze website.
De fiscale administratie heeft onlangs een nieuwe circulaire gepubliceerd waarin het begrip ‘huurwaarde’ voor niet verhuurde onroerende goederen die in het buitenland zijn gelegen verder wordt uitgewerkt. Minister van Financiën Johan Van Overtveldt heeft onlangs in de Kamer bijkomende uitleg gegeven bij de belasting van huurinkomsten uit buitenlands vastgoed. U leest er meer over op onze website.
Minister van Financiën Johan Van Overtveldt heeft onlangs in de Kamer bijkomende uitleg gegeven bij de belasting van huurinkomsten uit buitenlands vastgoed. In een circulaire van 29 juni 2016 werd gesteld dat voor het bepalen van de aan te geven huurwaarde ook een ‘forfaitair geraamde brutohuur’ in het buitenland kon worden aangemerkt, waarbij twee voorbeelden met betrekking tot Frankrijk werden gegeven (voor de voorafgaanden zie hier). De minister stelt nu kort en bondig:
De circulaire bepaalt hoe de huurwaarde moet worden vastgelegd voor onroerende goederen in alle landen. Er wordt louter een Frans voorbeeld gegeven. In Nederland zal de huurwaarde inderdaad worden bepaald aan de hand van de WOZ-waarden vermenigvuldigd met 4%.
Dat de minister verduidelijkt dat de circulaire niet enkel voor Frankrijk, maar voor ‘alle landen’ kan worden toegepast, kan enkel positief worden onthaald. We nemen hierbij wel aan dat met ‘alle landen’ vermoedelijk enkel de Europese lidstaten worden bedoeld, waarvoor België werd veroordeeld door het Europees Hof van Justitie. Al laat dit mogelijk wel een deur open voor staten in derde landen...
Voor het steeds toenemende aantal Belgen met een tweede verblijf in Nederland is de circulaire ook goed nieuws. Er moet hierbij wel worden opgemerkt dat vanaf 1 januari 2017 het Nederlandse tarief van 4% voor het bepalen van de belastbare basis in de Box 3-heffing wordt vervangen door percentages van 1,63% en 5,5% (afhankelijk van de grondslag ‘sparen’ of ‘beleggen’).
Tot slot blijft het afwachten wat de concrete invulling zal zijn in de landen waarin geen ‘forfaitair geraamde brutohuur’ bestaat, en nog belangrijker wachten op de Europese inbreukprocedure die er vroeg of laat aankomt als België het blijft vertikken om haar discriminerende wetgeving aan te passen. Dat los je immers niet op door de administratie een circulaire te laten schrijven….