Verzaking aan vruchtgebruik op geschonken of geërfde roerende goederen: (on)belast?

Verzaking aan vruchtgebruik op geschonken of geërfde roerende goederen: (on)belast?

Welke fiscale behandeling (in de erf- en schenkbelasting) kent de verzaking door de vruchtgebruiker aan zijn vruchtgebruik op roerende goederen, al dan niet gevolgd door een overlijden binnen de risicoperiode?

Vlabel bevestigt in standpunt nr.23011 dat de niet-geregistreerde afstand (met begiftigingsoogmerk) van het vruchtgebruik door een schenker of erflater, gevolgd door een overlijden binnen de risicoperiode, moet worden opgenomen in de aangifte van de nalatenschap aan een waarde nul.

Welke fiscale behandeling (in de erf- en schenkbelasting) kent de verzaking door de vruchtgebruiker aan zijn vruchtgebruik op roerende goederen, al dan niet gevolgd door een overlijden binnen de risicoperiode?

Vlabel bevestigt in standpunt nr.23011 dat de niet-geregistreerde afstand (met begiftigingsoogmerk) van het vruchtgebruik door een schenker of erflater, gevolgd door een overlijden binnen de risicoperiode, moet worden opgenomen in de aangifte van de nalatenschap aan een waarde nul.

Inleiding

In de praktijk wordt er regelmatig gewerkt met een schenking van de blote eigendom (met een voorbehoud van vruchtgebruik ten voordele van de schenker) van roerende goederen. Het kan zijn dat de schenker-vruchtgebruiker tijdens zijn leven afstand wil doen van zijn vruchtgebruik, waardoor de blote eigenaar de volle eigendom verkrijgt. Wat zijn dan de fiscale gevolgen van deze transactie op het gebied van erf- en schenkbelasting? En is er een verschil met de afstand van vruchtgebruik op roerende goederen indien de vruchtgebruik-blote eigendom verhouding is ontstaan ingevolge een overlijden?

Dit website-artikel is een korte samenvatting van onze bijdragen in de nieuwsbrief successierechten (LABEEUW, N., JANSSENS, E., VAN LAER, N., “Verzaking aan vruchtgebruik op geschonken roerende goederen: (on)belast?” (Vlabel SP 23011), Successierechten 2024, afl. 3, 18-27 en LABEEUW, N., JANSSENS, E., “Vlabel breidt standpunt nr. 23011 uit naar niet-geregistreerde afstanden van een erfrechtelijk vruchtgebruik op roerende goederen” (Vlabel SP 23011), Successierechten 2025, afl. 1, 18-20).

Belastbaarheid afstand van vruchtgebruik

Een basisvoorwaarde voor de heffing van schenkbelasting is dat de vruchtgebruiker heeft gehandeld met het oogmerk om te begiftigen (een animus donandi) bij de afstand van het vruchtgebruik. Er kan immers enkel sprake zijn van de heffing van schenkbelasting wanneer er bij de afstand van het vruchtgebruik een schenking tot stand komt. De bewijslast ligt hiervoor bij Vlabel.

De afstand van het vruchtgebruik op roerende goederen kan eenzijdig en onderhands, dus niet notarieel, gebeuren. Concreet betekent dit dat de blote eigenaar de afstand niet moet aanvaarden.

Wanneer de afstand van het vruchtgebruik vrijwillig wordt geregistreerd, stelt zich de vraag naar het toepasselijk registratierecht.

  • In het geval van een zuivere en eenvoudige afstand van het vruchtgebruik is er slechts het algemeen vast recht (en geen evenredig registratierecht, zoals schenkbelasting) verschuldigd.
  • Wanneer de afstand van het vruchtgebruik als schenking wordt gekwalificeerd, zal er schenkbelasting verschuldigd zijn.

Welk gevolg heeft de afstand van vruchtgebruik op roerende goederen die niet wordt geregistreerd indien de verzaker-schenker overlijdt?

Aangifteplicht, maar waarde nul

Vlabel heeft met standpunt nr. 23011 bevestigd dat de verzaking aan het vruchtgebruik door de schenker met animus donandi (na een initiële schenking van een roerend goed met voorbehoud van vruchtgebruik voor zichzelf) ressorteert onder het toepassingsgebied van artikel 2.7.1.0.5 VCF voor zover deze niet ter registratie werd aangeboden bij leven en de schenker overlijdt binnen de risicoperiode na de verzaking. (1)

De toepassing van artikel 2.7.1.0.5 VCF op deze afstand van vruchtgebruik heeft voor Vlabel tot gevolg dat deze in de aangifte van nalatenschap van de schenker zal moeten worden opgenomen onder de rubriek “niet-geregistreerde schenkingen van roerende goederen”. Voormeld standpunt nr. 23011 verduidelijkt dat de goederen moeten worden gewaardeerd aan hun waarde op het ogenblik van het overlijden. Vermits ten tijde van het overlijden het vruchtgebruik zonder waarde is, zal de verzaking aan het vruchtgebruik moeten worden opgenomen aan de waarde nul.

De draagwijdte van de eerste versie van het standpunt nr. 23011 (de versie van 27 maart 2023) beperkte zich evenwel tot afstanden van het vruchtgebruik door de schenker na een initiële schenking van roerend goed met voorbehoud van vruchtgebruik. Eind 2024 heeft Vlabel zijn standpunt nr. 23011 uitgebreid (de versie van 4 november 2024) naar niet-geregistreerde afstanden van het vruchtgebruik (met animus donandi) door een langstlevende echtgenoot die (ingevolge de wettelijke of testamentaire devolutie) het vruchtgebruik heeft geërfd van een bepaald roerend goed.

Conclusie

Het voormeld standpunt van Vlabel verduidelijkt deze materie voor de belastingplichtigen, vermits het nu vaststaat hoe de niet-geregistreerde afstand van vruchtgebruik die plaatsvond tijdens de risiocperiode voor overlijden moet worden aangegeven in de aangifte van nalatenschap, met name onder het fiscaal vermogen “niet-geregistreerde roerende schenkingen” aan een waarde nul.
In onze bijdragen voor de nieuwsbrief successierechten gaan wij hier uitgebreid op in en kan u aan de hand van een praktische casus de belastbaarheid in de erf- en schenkbelasting toepassen op elke stap. Meer bepaald kijken wij naar een casus waar de zeventigjarige Bart reeds zijn volledige leven in het Vlaamse Gewest woont en hij op 10 december 2020 voor een Nederlandse notaris zijn effectenportefeuille in blote eigendom (met voorbehoud van vruchtgebruik ten voordele van zichzelf) heeft geschonken aan zijn dochter Fee. Wat gebeurt er indien Bart bij leven al dan niet afstand heeft gedaan van zijn vruchtgebruik? Welke onderscheid bestaat er indien de oorspronkelijke schenking al dan niet werd geregistreerd en de latere afstand al dan niet werd geregistreerd? Dit alles gegoten in een overzichtelijke tabel kan u terugvinden in de nieuwsbrief successierechten 2024, aflevering 3.

Mocht u vragen hebben over de fiscale behandeling van uw schenking of aangifte van nalatenschap of wenst u afstand te doen van uw vruchtgebruik, kunnen wij u hierin steeds begeleiden.

Voetnoten
(1) Artikel 2.7.1.0.5 VCF is een fictiebepaling die ervoor zorgt dat niet-geregistreerde roerende schenkingen worden belast met erfbelasting indien de schenker overlijdt tijdens de risicoperiode. De schenking wordt met andere woorden geacht nooit te hebben plaatsgevonden, zodanig dat fictief wordt gedaan alsof de de geschonken goederen nog tot de nalatenschap behoren en de begiftigde de legataris zou zijn van deze goederen. De risicoperiode bedraagt drie jaar voor schenkingen die plaatsvonden voor 1 januari 2025 en vijf jaar voor de schenkingen die plaatsvonden sedert 1 januari 2025. Voor schenkingen van aandelen van een familiale vennootschap die plaatsvonden sedert 1 januari 2012 bedraagt de risicoperiode zeven jaar.


Back to overview