Elke bestuurder heeft wel eens een belang dat tegenstrijdig is aan de belangen van de rechtspersoon die hij/zij bestuurt. Het Wetboek van Vennootschappen voorzag reeds enkele formaliteiten in dergelijke situaties. Het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (“WVV”) heeft deze regeling nu echter zowel verruimd als verstrengd.
Elke bestuurder heeft wel eens een belang dat tegenstrijdig is aan de belangen van de rechtspersoon die hij/zij bestuurt. Een voordehandliggend voorbeeld: de bestuurder verhuurt zelf een kantoor aan de (management)vennootschap waarvan hij/zij ook bestuurder is. Hij is dus tegelijk huurder en verhuurder en die behoeftes verschillen uiteraard.
Het Wetboek van Vennootschappen voorzag reeds enkele formaliteiten in dergelijke situaties. Het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (“WVV”) heeft deze regeling nu echter zowel verruimd als verstrengd.
- Verruimd in die zin dat er niet enkel een wettelijke regeling voorzien is voor besloten en naamloze vennootschappen, maar thans ook voor coöperatieve vennootschappen, en zelfs voor stichtingen en vzw’s. Zo zal nu ook de bestuurder van een stichting die zich geconfronteerd ziet met een belang van vermogensrechtelijke aard, tegenstrijdig aan dat van de stichting, wettelijk verplicht zijn bepaalde regels te volgen en formaliteiten te vervullen.
- Verstrengd omdat het verbod tot deelname aan de beraadslaging en stemming voor de in conflict zijnde bestuurder nu van toepassing is op alle vennootschappen, en niet enkel op genoteerde vennootschappen zoals in het oude Wetboek van Venootschappen.
Afhankelijk van het aantal bestuurders (één of meerdere), de gekozen bestuursvorm (zelfstandig bevoegde bestuurders of een college) en het aantal in conflict zijnde bestuurders (één, meerdere of allemaal), heeft het WVV een eigen procedure en formaliteiten voorzien. In bepaalde situaties zal de bestuurder het conflict moeten melden aan de andere bestuurders, die dan gemotiveerd de beslissing kunnen nemen. In andere situaties zal de beslissing moeten worden voorgelegd aan de aandeelhouders. Is de bestuurder alleen en tevens enige aandeelhouder, dan kan die bestuurder de beslissing nemen, doch worden de publiciteitsvereisten verstrengd.
Een evident risico blijft wel de mogelijke nietigheid van de betreffende beslissing (en dat die nu worden aangevraagd door elke belanghebbende!) alsook de bestuurdersaansprakelijkheid.
Het is m.a.w. meer dan ooit essentieel om stil te staan bij eventuele tegenstrijdige belangen en die reflex best al te ontwikkelen alvorens beslissingen als bestuurder te nemen.
Wenst u op de hoogte te blijven? Volg Cazimir op LinkedIn!