Tijdens de plenaire vergadering van 28 februari 2019 heeft de Kamer het langverwachte Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) goedgekeurd.
Tijdens de plenaire vergadering van 28 februari 2019 heeft de Kamer het langverwachte Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) goedgekeurd.
De Kamer heeft zopas het langverwachte Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) goedgekeurd. Dit nieuw wetboek vervangt het bestaande Wetboek van Vennootschappen, de Wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen (V&S Wet) en de Wet van 31 maart 1898 op de beroepsverenigingen.
Het nieuw WVV treedt in werking op 1 mei 2019. Vennootschappen, verenigingen en stichtingen die vanaf die dag worden opgericht, vallen onmiddellijk integraal onder de nieuwe regelgeving. De statuten van vennootschappen, verenigingen of stichtingen die vanaf die dag worden opgericht moeten meteen in overeenstemming zijn met het WVV.
Voor bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen treedt het WVV in werking vanaf 1 januari 2020. Vanaf die dag worden alle zogenaamde dwingende bepalingen van het wetboek automatisch van toepassing op bestaande vennootschappen. De eventueel daarmee strijdige statutaire bepalingen worden vanaf die dag voor niet geschreven gehouden. De aanvullende bepalingen van het wetboek zijn daarentegen slechts van toepassing in zoverre de statuten hier niet van afwijken. Bestaande vennootschappen, verenigingen en stichtingen moeten hun statuten echter pas aan het nieuw WVV aanpassen bij een eerstvolgende statutenwijziging vanaf 1 januari 2020 en uiterlijk op 1 januari 2024. Bestaande vennootschappen moeten met andere woorden nog niet onmiddellijk overgaan tot actie. Bij elke statutenwijziging vanaf 1 januari 2020 zijn zij wel verplicht om hun statuten meteen volledig af te stemmen op het nieuw WVV. De wet bepaalt dat de leden van het bestuursorgaan persoonlijk en hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade geleden door de vennootschap, vereniging of stichting, of door derden ten gevolge van de niet-nakoming van deze verplichting.
Bestaande vennootschappen kunnen er vanaf 1 mei 2019 echter wel reeds vrijwillig voor opteren om de nieuwe regelgeving te implementeren door hun statuten aan te passen aan het nieuw wetboek (de zogenaamde opt-in mogelijkheid)
Geen nieuwe rechtspersonen mogen vanaf 1 mei 2019 worden opgericht in een rechtsvorm die het WVV opheft (bv. een Comm.VA, een CVOA, een stille of tijdelijke vennootschap, …). Rechtspersonen waarvan de vorm wordt opgeheven en die nog niet zijn omgezet voor 1 januari 2024 worden van rechtswege omgezet op 1 januari 2024, in de vennootschapsvorm zoals bepaald in artikel 41, §2 van het nieuwe WVV.